Wat in 2019 begon met een samenwerking tussen Nederlandse merino fokkers, heeft een een officieel tintje.
Rasomschrijving Fijne Wolmerino Nederland
De oorsprong van het merinoschapen ligt bij een kleine Berberstam uit Noord-Afrika (Marokko). Aan de Moren is het succes van het merinoschaap te danken. Toen zij in Spanje heersten hebben zij de 'Mesta' opgericht, een soort gilde van schapenboeren die het fokken van schapen in goede banen moesten leiden. De Spanjaarden kruisten deze met Spaanse schapen, wat uiteindelijk geresulteerd heeft in het nu bekende merinoschaap. In de middeleeuwen werd het merinosschaap als exclusief Spaans gezien en werd het cadeau gedaan aan hooggeplaatste gasten. In 1519 namen Spaanse troepen de merinosschapen voor het eerst mee de landsgrenzen over. Vanaf die tijd werden steeds meer schapen geëxporteerd. De moderne Merino-schapen werden vooral ontwikkeld in Australië en Nieuw-Zeeland.
Rasstandaard -Merino wolwit
Hoofd: Mooie kop met alerte ogen. De oren zijn kort en staan bijna horizontaal ten opzichte van het hoofd. Tussen de oren wol, uitlopend in een volle kuif. Roze neus en huid.
Hoorns: De ooien zijn ongehoornd. Horned merino deze mannelijke dieren hebben spiraalvormige hoornen. Poll merino deze mannelijke dieren zijn ongehoornd.
Hals : Stevige middellange nek.
Schouders: Medium breed met voldoende ruimte
Middenhand : Recht, iets oplopend naar de achterhand.
Achterhand : Rond.
Beenwerk: Middelfijn gebouwd en vooral achterpoten bewold
Staart: Lange bewolde staart
Huid/vacht: De huid is dun, de vacht is helderwit en zeer fijn, met een mooie uitgesproken crimp. Dikte van de vezel ligt tussen de 16 en 22 micron. Het is een vaste vacht met 50 miljoen wolvezels. Algemeen voorkomen : Het is een medium size schaap in hoogte en gewicht variërend: volwassen rammen H 60-85 cm., G 80-105 kg. Volwassen ooien H 60-70 cm, G 55-80 kg.
Rasstandaard - Coloured Merino
Coloured merino is een kleurvariant van de NL merino
Hoofd: Mooie kop met alerte ogen. De oren zijn kort en staan bijna horizontaal ten opzichte van het hoofd. Tussen de oren wol, uitlopend in een volle kuif Tussen de oren wol, uitlopend in een volle kuif. Alle kleuren zijn toegestaan, bont kan voorkomen.
Hoorns: De ooien zijn ongehoornd. Horned merino deze mannelijke dieren hebben spiraalvormige hoornen. Poll merino deze mannelijke dieren zijn ongehoornd.
Hals : Stevige middellange nek.
Schouders: Medium breed met voldoende ruimte
Middenhand : Recht, iets oplopend naar de achterhand.
Achterhand : Rond.
Beenwerk: Middelfijn gebouwd en vooral achterpoten bewold
Staart: Lange bewolde staart
Huid/vacht: Voor deze variant zijn alle kleuren toegestaan bont kan voorkomen. De huid is dun, de wol is zeer fijn, met een mooie uitgesproken crimp. Dikte van de vezel ligt tussen de 17 en 23 micron. Het is een vaste vacht met 50 miljoen wolvezels.
Algemeen voorkomen : Algemeen voorkomen : Het is een medium size schaap in hoogte en gewicht variërend: volwassen rammen H 60-85 cm., G 80-105 kg. Volwassen ooien H 60-70 cm, G 55-80 kg.
De merino is een sterk en sober dier. Ze passen zich goed aan in verschillende klimaten en omstandigheden. Ze zijn zeer sterk in het vinden van voedsel en dat maakt ze bijzonder geschikt voor beweiding in natuurgebieden.
Een merinoschaap moet minimaal 1 x per jaar worden geschoren omdat de merinowol zal blijven groeien en ze geen natuurlijke rui kennen. Als de dieren niet worden geschoren kan dit leiden tot hitte stress, mobiliteit problemen en wolblindheid. Wol van het merinoschaap is van een sublieme kwaliteit en wordt veel en vaak gebruikt in de textiel industrie. Naast de wolproductie is dit ras ook erg goed voor de productie van mager vlees.
Doelstelling: Door prestatie onderzoek het ras verbeteren.
Selectie op: meerling dracht, melkgift, groei, bespiering, lengte van de staart. Verder belangrijk: Open gezichtjes – minder wol op de kop en poten. Wol vrij bij ooien rondom uier en bij rammen balzak.
Door introductie van SRS Merino genen krijgt het merinoschaap een soepele huid die zich onderscheidt van andere merino schapen. Hiermee bereiken we een langere wolstapel en verdubbeld de vezeldichtheid . Dit moet het mogelijk maken om binnen afzienbare tijd 2x per jaar te kunnen scheren. Minimale stapellengte 7 cm per schering.
De extra voordelen van het nastreven van dit fokprogramma zijn dat de schapen:
- Van nature resistent tegen vachtrot en myasis.
- Gemakkelijker scheren.
- Meer lammeren per dracht en weinig verliezen
- Merinowol produceren die erg fijn, zacht en glanzend is met een mooie grove krimp die prachtig tot garens en kleding te verwerken is.
- Goede fitte robuuste dieren.
Interesse in de fokkerij van dit ras, neem dan vooral contact met ons op!!